Certificaat voor deelname hygiëneprotocol
Bij de aangifte van het pootgoed krijgen telers de vraag of ze mee willen werken aan het protocol. Als alles na controle akkoord is, krijgen de telers een certificaat van de Pootgoed Contact Commissie (PCC), waarin handel en telers samenwerken.
Gedragsregels
Het protocol bevat gedragsregels voor telers, bewerkers, vervoerders en handelaren, die besmettingsrisico’s moeten verkleinen. Daarbij gaat het onder meer om: geen pootgoed uit risicolanden, geen bulkpootgoed in vrachtwagens die niet gereinigd en ontsmet zijn en bewaring van de pootaardappelen in ontsmette kisten.
Uiteindelijk is het de bedoeling dat alle verschillende schakels in de pootgoedketen worden gecertificeerd op basis van het protocol. De NAK heeft aangeboden het toezicht op bedrijven van telers en centrale verwerkers uit te voeren, als onderdeel van oog- en oorfunctie. Keurmeesters van de NAK komen toch al regelmatig bij de bedrijven, aldus de keuringsdienst.
Ringrot terugdringen
‘Naleving van de richtlijnen was tot nu toe vrijwillig’, zegt NAK-directeur Eric Casteleijn. ‘Uiteindelijk wil de sector er naar toe dat iedereen deelneemt aan het protocol, om ringrot terug te dringen.’ De NAK deelt geen rode kaarten uit, maar rapporteert afwijkingen aan een nog in te stellen adviescommissie.
De status van het certificaat zal moeten groeien, meent Casteleijn. ‘We hopen dat het in de pootgoedketen gevraagd wordt van afnemers.’
20.000 monsters
Om ringrot uit te bannen, moet er meer gebeuren dan elk jaar 20.000 monsters toetsen, stelt de NAK. Daarom heeft de sector in 2012 het Hygiëneprotocol Ringrot opgesteld, onder regie van de PCC. De NAK is één van de deelnemende partijen en heeft het protocol ook ondertekend.
