Aantastingen tarwehalmdoder in granen

Tarwehalmdoder is een grondgebonden schimmel en komt de laatste jaren meer voor. De infectie treedt op in het najaar en wordt normaal in de zomer pas zichtbaar.
Tarwe op tarweteelt
De grootste kans op infectie van tarwehalmdoder is bij tarwe op tarweteelt, meldt Agrifirm. De schimmelziekte tast het wortelgestel en het onderste stengeldeel aan. De plant neemt moeilijker vocht en nutriënten op. Doordat de schimmel het transport in de plant belemmert, blijven de planten nu achter in de groei. Deze aangetaste planten laten later vaak witte aren zien: witarigheid. De korrelvulling van de aangetaste aren is slecht.
Tarwehalmdoder is te herkennen aan de zwarte wortels die nu zichtbaar zijn. De ziekte kan preventief via een zaaizaadbehandeling met Latitude bestreden worden.
Andere factoren
Naast tarwehalmdoder liggen ook andere factoren ten grondslag aan de slechtere stand van de tarwe. Enkele voorbeelden hiervan zijn gele roest, slechtere structuur van de bodem, stress, (tijdelijk) te lage beschikbaarheid van mineralen, te veel of tekort aan vocht.

Tekst: Fenneke Wiepkema
Journalist, opgegroeid op een akkerbouwbedrijf. Schreef al voor verschillende landbouwuitgevers over het vakgebied akkerbouw en doet dit sinds 2012 als chef-redacteur akkerbouw bij Agrio. Schrijft en coördineert voor Akkerwijzer.nl, het vakblad Akkerwijzer en de regionale titels van Agrio.
Tekst: Agrifirm Plant
Beeld: Agrifirm Plant