Russisch graan blijft in de spotlights

De negatieve aanpassing van SovEcon van de Russische graanoogst voor het nieuwe seizoen, met 18 miljoen ton naar 86 miljoen ton (2014/15: 104 miljoen volgens SovEcon) sloeg afgelopen vrijdag in als een bom. De markten reageerden als door een wesp gestoken en eindigden de week vast. Maar het bleef niet alleen bij de ramingen van SovEcon. Ook aan het begin van deze week blijven de berichten uit Rusland in de spotlights. De heftige geldontwaarding van de Russische roebel kan er toe leiden dat er grondstoffen uit Rusland goedkoper op de wereldmarkt worden aangeboden. Met variabele heffingen zullen de Russische autoriteiten haar domestic markt beschermen. Bovendien schijnt de kwaliteit van de Russische tarwe niet altijd naar tevredenheid van de afnemers te zijn. Om tegemoet te komen aan de importerende landen stelt Rusland hogere kwaliteitsnormen vast. Vastgesteld moet worden dat er met de Russische informatie altijd de nodige voorzichtigheid moet worden betracht, maar het impliceert wel de volatiliteit van de noteringen en die overheerst worden door vaste sentimenten en dat het kansen geeft voor de Europese exportmarkt.
Naast ‘het Russische geweld’ was er ook een downgrade van de Australische oogst door Abaras met 1 miljoen ton naar 23.22 miljoen ton.
De tarwenoteringen zijn op Matif voor de spotmaand januari in een week met ruim €11 gestegen. Ook in de effectieve markt zien we een gelijke tendens. Zo noteerde Hamburg bijvoorbeeld vandaag voor voertarwe geleverd haven €191 en dat is ook een stijging van €11 ten opzichte van een week geleden.
Matif slot januari €190 (+€1.75).
