LNCN behoudt aparte fritesnoteringen

Tijdens de evaluatie afgelopen zaterdag is uitgebreid gediscussieerd over de huidige vorm van noteren. ‘Bestuur, noteerders en handel gaven zich in deze notering te vinden.’ Ook zijn er andere vormen van noteren besproken, zoals een notering op basis van ras of kwaliteit. ‘Dat doen we ook al bij ui, peen of graan.’ Al eerder gaven de leden aan unaniem achter de nieuwe notering te staan.
Verwerking in Nederland, België en Duitsland
LNCN werkt sinds dit seizoen met twee noteringen voor fritesgeschikt: 40 mm opwaarts met als doel verwerking in Nederland, België en Duitsland, en aardappelen in dezelfde maatsortering bestemd voor verwerking in andere landen. Daarnaast meldt de beurscommissie een gemiddelde prijs voor fritesgeschikte aardappelen.
Reden voor de splitsing was het feit dat de bandbreedte tussen de notering laag en hoog te groot werd. ‘Hierdoor ontstonden aan de tafel veel spanningen om tot een notering te komen. De noteringen liepen toen wel uiteen van 10 tot 14 of 15 cent. Als teler kon je daar niet uit destilleren wat jouw product nu waard was.’
Discussies over groot prijsverschil
Het is volgens Brantjes niet terecht om de oorzaak van de grote bandbreedte te wijten aan de hoge prijzen van vorig jaar. ‘Je kunt wel zeggen: het is dit seizoen allemaal niet zo spannend. Maar ik weet zeker dat we, als we nu op de oude voet hadden genoteerd, net als vorig jaar discussies hadden gevoerd over het grote prijsverschil.’
Voorzitter Kees van Arendonk van de Nederlandse Aardappel Organisatie (NAO) complimenteerde het bestuur van LNCN met deze notering. ‘Jullie zijn er in geslaagd een aparte notering op het bord te zeten. Gezien de pittige discussies die hier zijn gevoerd, vind ik dat een compliment waard.’