CZAV: precies en egaal naar 15 ton graan

Sensorgebruik bij de bemesting heeft volgens De Visser de toekomst. CZAV werkt samen met partners als John Deere en machinefabrikant Vervaet aan de praktische kant van mesten op maat. „Telers willen graag op maat mest geven, maar ze weten dan niet van tevoren of ze 25 of 40 ton mest nodig hebben. Ze komen met vragen als 'Wat doe ik op het moment dat ik meet?'. Je kunt dan je overbemesting aanpassen, maar hoe werk je dan met taakkaarten en hoe los je dit op met kunstmeststrooiers met een grote vaste breedte?”

Wedstrijd

CZAV deed mee aan de competitie Yen. Dat staat voor 'opbrengstvermeerdering', maar dan in het Engels. Aan deze Engelse wedstrijd doen zo'n 65 bedrijven mee. „Wij eindigden op de twaalfde plaats. Je moet heel veel tellen en meten, waaronder plantaantallen, aren en korrels in de aren.” Belangrijk in de Yen-competitie is de datacollectie over teelt, inputs en opbrengsten. Dat maakt het voor CZAV interessant om deel te nemen.

De buitenlandse kennis en ervaring komt met leuke voorbeelden voor Nederlandse graantelers. Volgens De Visser zijn telers over de grens soms in het voordeel. Ze gebruiken vaker vloeibare mest, die gemakkelijker precies toe te dienen is en ze hebben smallere bemestingsapparatuur. De Visser verwacht dat het niet goed mogelijk is de 15 ton tarwe te halen, als niet met precisie gewerkt wordt aan een egale stand van het gewas op een perceel. Met kaarten van metingen op praktijkpercelen laat hij zien hoe groot de verschillen binnen een perceel zijn en daar komt bij dat elke vracht dierlijke mest verschilt van de andere vrachten.

Belang van zwavel

In de presentatie van Ton Hendrickx bij de telersavonden komt het belang van goede doorworteling naar voren. Dat is volgens CZAV een belangrijke randvoorwaarde om richting 15 ton te denken. De coöperatie paste het advies voor zaaizaadhoeveelheden aan en komt met nieuwe inzichten over andere elementen dan de drie hoofdelementen N, P en K. Daarbij zijn calcium en zwavel van belang. De Visser: „We hebben een mooie proef met polysulfaat. In uien behalen we meeropbrengsten van 6 tot 8 procent. Dat kan zowel aan calcium als zwavel liggen. Effect van zwavel is al langer bekend in graan, bladkool en graszaad. Nu zie je ook effect in andere teelten.”

Het effect van zwavel op de opbrengst is de afgelopen 12 tot 15 jaar in graan steeds groter geworden, zegt De Visser. Het heeft mogelijk te maken met minder zwaveldepositie uit de lucht. Adjunct directeur telerszaken Ko Francke denkt dat door lagere mestnormen en minder stikstofruimte de effecten van andere gebreken niet langer te maskeren zijn.

Francke ziet een toename van het geïntegreerde telen bij de coöperatieleden. Dat is volgens hem ook een reden voor de hoge opkomst op avonden die daar over gaan. Daarin past het stimuleren van het bodemleven ten bate van de teelt. „We zijn echt anders gaan denken dan 25 jaar geleden”, zegt hij. „Telers willen de teelt breder bezien.”

Vanavond is de laatste avond van CZAV over bodem en bemesting in Sluiskil. In januari volgen avonden over gewasbescherming. Ook daar verwacht Francke belangstelling over de hele breedte van gezonde teelt en plantenvoeding tot het beheersen van ziekten en plagen.