NAV: regie of vangnet voor akkerbouw blijft nodig

Hij refereert aan recente gebeurtenissen: ‘De lage olieprijzen hebben direct invloed op de koopkracht van grote importeurs van voedingsmiddelen uit het toch al instabiele Midden-Oosten. Importvergunningen voor graan maar ook voor bijvoorbeeld pootaardappelen worden beperkt en moeizaam afgegeven.’ Ook de klimaatverandering is voor hem een punt van zorg. ‘Een vorstperiode is voor vele factoren van belang: de grondstructuur, bestrijding aardappelopslag, een stimulans voor de markt.’
Sturing op productie ontbreekt
De landbouwmarkt kenmerkt zich volgens De Jong door de vele kleine aanbieders tegenover enkele grote inkooppartijen. ‘Waarbij ook nog een sturing op productie ontbreekt.’ Hierdoor blijft de NAV ook richting 2020 van mening dat voor producten als graan, eiwit, zetmeel en suiker overheidspolitiek nodig is ‘om naar de toekomst een bodem in de inkomensvorming te leggen’. Sturing is tevens nodig om voedselzekerheid te garanderen door het voorkómen van ‘een wereldwijde ‘varkenscyclus’ voor deze producten.’
Voor de kort houdbare vrije producten, zoals aardappelen en uien, pleit De Jong voor meer ruimte voor vrijwillige marktorganisatie. ‘Dus oprekken van de huidige knellende uitleg van de mededingingswetgeving.’