Veldproef: minder Erwinia na maaien en afvoeren loof

Met het prototype van de maaibalk aan een trekker is het loof in een met erwinia geïnfecteerd perceel gemaaid en geklapt. Na onderzoek bleek dat in het gemaaide perceel geen met Erwinia geïnfecteerde knollen werden gevonden, terwijl in het perceel waarin het loof was geklapt drie monsters wel geïnfecteerd waren.
Tijdens het maaien wordt het loof via een transportband afgevoerd naar een kist, die op de kopakkers wordt geleegd. Het is belangrijk om het loof ook weer van de kopakkers te verwijderen, om te voorkomen dat eventuele besmettingen hieruit weer in het gewas terechtkomen.
Resultaten vanuit de praktijk waren er nog niet
De theorie rond het maaien en afvoeren van loof is misschien niet nieuw. Maar concrete resultaten met veldproeven waren er nog niet. De machine komt voort uit het brein van de Fries Hoekstra. In zijn ogen werd te weinig gedaan met deze theorie. ‘Ziektevrij pootgoed is van groot belang voor onze sector. De Erwinia-bacterie is moeilijk te bestrijden aangezien er nog geen effectief middel voor beschikbaar is. De besmetting vindt vooral plaats tijdens de loofvernietiging, de oogst en het sorteren. Vandaar dat ik samen met mechanisatiebedrijf Mijno van Dijk heb nagedacht over het scheiden van de pootaardappel en het loof, om zo de besmettingsroute te onderbreken.’
Hoekstra begrijpt dat het een vrij kostbare zaak is om deze techniek op grote schaal in te zetten. Daarom heeft hij samen met Van Dijk verschillende laboratoria bezocht die de mogelijkheden van het verwaarden van het loof konden onderzoeken. Inmiddels zijn de eerste resultaten bekend. Zo kan het loof worden gebruikt als grondstof voor plastic, biolaminaat en voor de lijm en coatingindustrie. In aardappelloof zitten verschillende stofjes die interessant zijn voor de farmaceutische industrie.
Tijdens vermeerdering besmet geraakt
Een belangrijke bron van ziektes als Erwinia is het pootgoed dat tijdens de vermeerdering besmet is geraakt. De besmetting van pootgoedknollen gebeurt vooral tijdens de loofvernietiging, de oogst en het sorteren. De controle op de kwaliteit van het pootgoed is streng, dit betaalt zich uit in de consumptieteelt waar weinig Erwinia-aantasting plaatsvindt. Ziektevrij pootgoed is daarom van groot belang. De bacterie is echter moeilijk te bestrijden.
Om besmetting in de nateelt te voorkomen wordt streng gecontroleerd op de aanwezigheid van de bacterie. Het kan leiden tot afkeuring van percelen, deze worden dan gedeclasseerd tot consumptieaardappelen of tot een lagere pootgoedklasse. Zo werd twee jaar geleden 1.600 hectare gedeclasseerd, goed voor circa 4 procent van het totale areaal pootgoed. Van de declasseringen blijkt over de jaren heen circa 70 procent veroorzaakt te worden door bacterieziekten. Diverse maatregelen vanuit de sector gericht op het terugdringen van Erwinia hebben effect, desondanks is verdergaande terugdringing gewenst.