Maatwerk voor werkzaamheid laag-risico gewasbeschermingsmiddelen

Dat is de conclusie van ruim 100 vertegenwoordigers van 20 landen, de industrie en consultants die deze week bijeen waren om te spreken over werkzaamheidseisen voor laag-risico gewasbeschermingsmiddelen. De conclusies worden teruggekoppeld naar de Europese Commissie en de Expert Group on Sustainable Plant Protection Products.
Bottleneck voor soepele markttoegang
Werkzaamheid is in Europa volgens de vertegenwoordigers een bottleneck om deze middelen soepel op de markt te brengen, doordat de werkzaamheidseisen zijn geënt op die voor chemische middelen. De eindconclusie geeft de aanzet voor een nieuwe Europese (EPPO) standaard om deze middelen specifieker te kunnen evalueren en toe te laten tot de markt.
Voordat gewasbeschermingsmiddelen met een lage milieubelasting worden toegelaten tot de Nederlandse markt, wordt de werkzaamheid van deze zogenoemde laag-risicomiddelen op dezelfde manier beoordeeld als die van chemische middelen. Om de toelating ervan te versnellen, hebben de vertegenwoordigers gekeken of voor deze middelen maatwerk mogelijk is. In landen zoals Canada en Brazilië is hier al ervaring mee opgedaan, weten zij. Canada werkt bijvoorbeeld onder meer met een alternatieve onderbouwing waarin de economische en sociale impact wordt meegewogen, vertelde Pat Curry van de Canadese toelatingsautoriteit.
Laag-risicostoffen
Er zijn verschillende soorten gewasbeschermingsmiddelen op basis van laag-risicostoffen: middelen met een directe werking en middelen die indirect werken doordat ze de plant aanzetten stoffen te maken tegen de plaag. Het kunnen middelen van microbiologische oorsprong zijn; chemische stoffen met minder risico, zoals plantenextracten die werken als antischimmel of insecticide; of feromonen, lokstoffen die het paargedrag van insecten verstoren waardoor ze zich niet vermenigvuldigen. Telers gebruiken zeker in de latere productiefasen graag dit soort middelen.
De bijeenkomst is georganiseerd door de NVWA, het Ctgb (College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden), IBMA (International Biocontrol Manufacturers Association) en EPPO (European and Mediterranean Plant Protection Organisation).