CBS: belang pootgoed in akkerbouw neemt toe

Sinds 2010 zijn meer akkerbouwers pootaardappelen gaan verbouwen. In 2015 had 13 procent van de bedrijven met akkerbouw, pootaardappelen in het bouwplan. Vijf jaar daarvoor was dat nog 10 procent. In de afgelopen vijf jaar nam het aantal pootgoedtelers met 15 procent tot naar ruim 2.400 bedrijven. Dat zijn 320 telers meer dan in 2010.
Vanaf 2012 flink doorgegroeid
In de jaren 2002 tot en met 2007 was het percentage bedrijven met een pootgoedtak redelijk stabiel. Daarna steeg dat percentage tot ruim 10 procent in de jaren 2010 en 2011. In 2012 steeg dat door naar ruim 12 procent.
Flevoland kent verreweg de meeste pootgoedtelers: 23 procent van de akkerbouwbedrijven met pootgoed is gevestigd in deze provincie. De provincies Groningen en Friesland zijn ieder goed voor nog eens 12 procent.
Het areaal pootaardappelen dat een boer bewerkt, daalt wel, blijkt uit de CBS-cijfers. In 2015 besloeg de totale oppervlakte pootaardappelen bijna 42.000 hectare, dat is 3.300 hectare meer dan 2010. Een teler bewerkt gemiddeld ruim 17 hectare pootgoed, 1 hectare minder dan vijf jaar eerder. Van schaalvergroting in de pootgoedteelt is dan ook geen sprake. De totale opbrengst pootaardappelen in Nederland betrof vorig jaar ongeveer 1,5 miljoen ton.
Export buiten Europa toegenomen
De waarde van de export van pootaardappelen is sinds het jaar 2010 met bijna één derde toegenomen. In 2014 ging er voor bijna een half miljard euro aan pootaardappelen de grens over. Ongeveer een kwart van de export gaat naar EU-landen, nog eens een kwart gaat naar Europese landen buiten de Europese Unie. De helft van de export wordt verscheept naar landen buiten Europa.