‘Snelle groei areaal en verwerking Belgische aardappelen’

Die doelstelling ligt niet eens op de lange termijn, zegt hij in een interview met de Vlaamse nieuwssite Vilt: ‘Ik verwacht dat we dit jaar zeker de grens van 4 miljoen ton verwerkte aardappelen kunnen halen.’ Voorwaarde daarvoor is wel dat er voldoende grondstof is, voegt hij daar aan toe. Door de extreme weersomstandigheden tijdens het afgelopen groeiseizoen viel de oogst kleiner uit.
Kleinere telers krijgen het moeilijk
En over twee jaar moet die doelstelling van 4,5 miljoen ton gerealiseerd zijn, zegt Cools tegen Vilt. Maar om die doelstelling te halen, moet het huidige areaal flink opschalen naar circa 100.000 hectare. Ook moet de hectareopbrengst omhoog. Is in dat toekomstscenario nog wel plaats voor kleinere telers? Jawel, meent Cools, maar ze zullen het wel moeilijker krijgen. Een deel van hen zal dan ook kiezen voor nichemarkten, verwacht hij.
Net als in vele andere sectoren gaat ook in de aardappelteelt de professionalisering en schaalvergroting door. ‘Waar aardappelteelt vroeger een neventak was op veel akkerbouwbedrijven, zien we dat bedrijven investeren in infrastructuur en materiaal en hun areaal uitbreiden. Hetzelfde geldt voor de loonwerkers’, aldus Cools. Moeilijke groeiseizoenen, zoals het afgelopen jaar het geval was, tonen volgens hem het belang aan van ‘voldoende capaciteit en flexibiliteit’.
Groeiende vraag naar aardappelen wereldwijd
Cools wijst ook op de nog steeds groeiende vraag naar aardappelen wereldwijd. ‘China en India zijn nu reeds de grootste aardappelproducenten ter wereld en zetten nog meer in op deze teelt omwille van zijn duurzaamheid. Ook nieuwe economieën in Zuidoost-Azië en sub-Sahara Afrika investeren volop in de aardappel.’
En ook Unesco kan de rol van de Belgische aardappelsector versterken, voegt hij daar aan toe. ‘Wanneer Unesco binnenkort ook de Belgische frietkotcultuur zou erkennen als werelderfgoed, dan zal heel de wereld naar ons komen kijken waarom dit in ons land een echte beleving is. Dit kan illustreren dat het niet om ‘French’ fries gaat, maar om ‘Belgian’ fries en dat kan de hele keten verder versterken.’