Uienoogst na regenweek weer op gang

Nattigheid
“Afhankelijk van de regio is er vorige week 20 tot 70 mm neerslag gevallen. Dan begrijp je dat er in die periode niet veel is gebeurd”, vertelt Peter Vroegindeweij, teeltadviseur uien van De Groot en Slot voor Zuid-Nederland en België. Vanaf woensdag rijden de rooiers weer. “Het loopt nu lekker door”, zegt Vroegindeweij. Hij weet dat de oogst nog een aantal weken in beslag zal nemen. “Er is nergens last van nattigheid. Op de meeste plekken kan er prima worden geoogst.”
In Nederland, op wereldschaal gezien een grote exporteur van uien, gaan jaarlijks circa 1 miljoen ton uien de grens over. Het is een belangrijke teelt, zeker in Zeeland waar eenderde van het areaal wordt verbouwd.
Minder opbrengst
“Over het algemeen is de opbrengst minder dan in een gemiddeld jaar”, stelt Vroegindeweij vast. Veel hangt hierbij af of de teler wel of niet heeft kunnen beregenen. Vanwege het ontbreken van zoetwatervoorziening is beregenen in bepaalde gebieden in Zeeland niet mogelijk. En juist dit jaar, met de lange droge periode in mei-juni, smachtten de uien naar extra vocht. Boven de 30 graden verdampt vocht in de grond heel snel. “Met name waar niet is beregend, zie je dat de opbrengst lager is”, zegt Vroegindweij over de droogtestagnatie.
Voor winterplantuien, waarvan het areaal in de lift zit, schat hij dat 30 tot 40 ton van een hectare komt, voor voorjaarsplantuien is dat 40 tot 50 ton per hectare. “Er zijn uiteraard ook uitschieters naar boven. Dat is afhankelijk van factoren zoals grondslag, plantmoment en ras.”
Uitstekende kwaliteit
Voor zover teelspecialist Vroegindeweij het kan beoordelen zijn de uien van 2017 van goede kwaliteit. “Dat lijkt altijd prima.” Last van trips of van fusarium valt volgens hem over het algemeen mee.
Verpakkers schakelen graag over op de nieuwe oogst. Ook supermarkten en andere afnemers willen graag nieuwe uien in het schap leggen, omdat hier meer mee is te verdienen. De vertegenwoordigers van de verwerkers, waar de teeltadviseur van De Groot en Slot regelmatig contact heeft, zijn ook positief gestemd.” Verwerkers die zelf ook uien telen, zitten voor wat betreft de opbrengst natuurlijk met hetzelfde fenomeen als andere akkerbouwers. “Die zien nu ook dat de opbrengst mindere is. Daar staat de goede kwaliteit tegenover.”
Noord-Nederland
In Groningen, Friesland en Drenthe, waar alleen zaaiuien worden geteeld, staan de uien er over het algemeen prima bij. Het duurt nog even voordat hier wordt geoogst. “Dat is afhankelijk van het weer de komende tijd, maar eind augustus-begin september zal het beginnen”, zegt Hein Molenkamp. De teeltadviseur van Hazera voor Noord-Nederland is content over het seizoen. “Het groeit lekker door. De vrees dat er geen kilo’s zouden komen, is ongegrond. We hebben genoeg zon gehad en steeds op tijd een buitje regen.”
De uienteelt zit volgens Molenkamp in Noord-Nederland stevig in de lift, mede omdat veel akkerbouwers er vanuit gaan dat met uien meer saldo kan worden gehaald dan met granen. Volgens de teeltspecialist wordt 25 procent van de uien nu op de kleigrond in dit gebied geteeld. Voor de opbrengst in zijn werkgebied gaat hij uit van een gemiddeld jaar. “De opkomst was goed, zo nu en dan is er een buitje regen gevallen. Dat zit goed.” Wat de kwaliteit betreft zijn de komende weken cruciaal. “Bij heet weer en buitje regen brandt het loof er snel af”, zegt de uienspecialist. In korte tijd zal het uienloof volledig gestreken zijn, en zet de afsterving van de loofmassa door. Een vuistregel is dat met de oogst kan worden begonnen als 50 procent van het loof afgestorven is.
Tekst: Henny Lenkens
Beeld: Fotoarchief Akkerwijzer