Landbouw en politiek verdeeld over zonnepark

De voorzitter van LTO Noord regio West geeft toe dat duurzame energie een groot dilemma is. Nico Verduin: „Iedereen wil duurzame energie, ook LTO Noord. Maar zonneakkers zijn projecten die om veel ruimte vragen. De politiek komt dan snel in de verleiding om ‘goedkope’ landbouwgrond voor deze projecten aan te wijzen. Het gevolg is dat agrarische grond in hoeken, waar zonneparken worden gerealiseerd, steeds schaarser en dus duurder wordt.”

In provincie Noord-Holland zijn vijf zonneparken gerealiseerd en zijn er twee in aanbouw. Een veelvoud daarvan, enkele tientallen, zit in de planvorming, meldt de provincie. Daarvan wordt een deel de komende jaren gerealiseerd. Maar een deel gaat ook afvallen, omdat er onvoldoende draagvlak in de omgeving is of omdat de businesscase niet rond komt.

Landbouw goed voor 40% duurzame energieproductie

Uit berekeningen blijkt dat één windmolen net zoveel energie levert als twaalf hectare zonnepanelen, vervolgt Verduin. „Moeten we dan nog wel zonneakkers willen aanleggen? De land- en tuinbouw levert al veertig procent van de totale duurzame energieproductie in Nederland. Dit is veel meer energie dan wij relatief verbruiken. Het is dus al een boven proportioneel groot deel. Nu willen allerlei partijen zonnepanelen op agrarische grond leggen. Dat vind ik niet chic.”

Haakman Flowerbulbs legde vorig jaar een zonneakker van 1,2 hectare aan achter het bedrijf in Wervershoof, voor eigen gebruik. De 3.800 panelen kunnen op papier 1 tot 1,1 miljoen kWh per jaar opwekken. „Dat is 60 procent van de 1,5 miljoen kWh die wij per jaar op ons bedrijf verbruiken”, zegt directielid Michiel Kruijer.

Lees de volledige reportage in de Agraaf van zaterdag 9 september