Gele roest in wintertarwe in zuidwesten: hopen op vorst

De extreem vroege vondst van gele roest is een gevolg van de zachte herfst en winter en de nieuwe fysio’s die in Nederland zijn geconstateerd. Deze zogeheten Warrior-groep is agressiever en kan overleven bij lagere temperaturen. Rinus van Rossum van Van Iperen en Hans Buikema van Syngenta manen telers alert te zijn op symptomen van gele roest. De percelen regelmatig controleren, is hun advies.
Ze zijn echter nog niet bang voor een grote uitbraak van gele roest in wintertarwe. ‘We zitten twee maanden voor de uitstoeling’, zegt Buikema. In het noorden is volgens hem nog geen gele roest gevonden. Zijn vondst in een perceel in de Haarlemmermeer verraste Van Rossum. ‘Maar terugredenerend is het wel ideaal weer geweest voor gele roest: vochtig en koel.’
Vroege T0-bespuiting
Een periode met vorst kan de aantasting aanzienlijk verminderen. Buikema maakt zich dan ook nog geen grote zorgen voor het noorden. ‘Hier is voldoende vorst.’ Maar in het zuidwesten blijft het net wat minder koud. Als de vorst uitblijft zullen telers dan ook al eerder de T0-bespuiting moeten uitvoeren. De T0-bespuiting wordt normaal rond het einde van de uitstoeling uitgevoerd. Als het weer zacht blijft, zal dit dit jaar waarschijnlijk wat eerder vallen.