Afdekken van met AM-besmette tarragrond doodt aaltjes niet
In deze proef is tarragrond die aangetoond besmet was met aardappelcysteaaltjes vorig jaar apart gezet en de hele zomer afgedekt met plastic. De hoop was dat de aaltjes na de zomer niet meer zouden leven, maar dat bleek niet het geval te zijn. ‘Dat was een teleurstelling’, zegt Dirk Jan Beuling, stuurgroeplid en voorzitter van de LTO-werkgroep Zetmeelaardappelen. ’Er zat gewoon nog AM in, een flinke hoeveelheid zelfs. Het is dramatisch als je die grond over je perceel gaat verspreiden.’
Stomen of inunderen
Dit jaar wil de stuurgroep kijken naar andere manieren om op een praktische manier tarragrond te kunnen saneren. Stomen zou mogelijk een antwoord kunnen zijn. Ook willen de leden de mogelijkheden van inundatie onderzoeken. Gedachte is om een containerbak te vullen met tarragrond en deze af te dekken met een dekkleed. ‘Een gat graven en daar folie in is ook een optie.’ De grond blijft vervolgens de hele zomer afgedekt liggen.
Het percentage zwaar besmette monsters, met meer dan 2.000 levende larven en eieren per 200 ml grond, is in de afgelopen jaren verder toegenomen, zo blijkt uit monitoringscijfers. Een trend die in 2012 voor het eerst voorzichtig aan het licht kwam en die sindsdien lijkt door te zetten.
Vertragen van virulente populaties van AM
Eerste doel van de stuurgroep Plan van Aanpak AM is het vertragen van de ontwikkeling en verspreiding van virulentere populaties van aardappelmoeheid, zodat akkerbouwers in deze teeltregio aardappelen kunnen blijven telen.
De Brancheorganisatie Akkerbouw heeft voor dit project voor drie jaar een bedrag van 1 miljoen euro beschikbaar gesteld. De bijdrage komt voort uit oude middelen van het Productschap Akkerbouw die zetmeelaardappeltelers eerder hebben afgedragen. Om alle plannen voor de bestrijding beter te kunnen concentreren is begin vorig jaar een stuurgroep opgestart die zich concentreert op de aanpak van AM. In de stuurgroep zitten leden van de Stichting TBM, Avebe, NAV, de werkgroep LTO Zetmeelaardappelen en de Brancheorganisatie Akkerbouw.
