‘Akkerbouwers vinden keuze groenbemesters lastig’
Volgens CZAV is één van de meest verbreide misverstanden dat groenbemesters schone percelen zouden kunnen besemetten. Wel kunnen bepaalde groenbemesters een vermeerdering van aaltjes veroorzaken. Op percelen die vrij zijn van aaltjes, kunnen aaltjes ook niet vermeerderen.
Bij de aanwezigheid van van wortellesieaaltjes is de teelt van tagetes een uitkomst. Deze zorgt voor een actieve afbraak. Bij de aanwezigheid van Noordelijk wortelknobbelaaltje adviseert CZAV het zaaien van een monocotyl gewas, zoals gras, tarwe of mais. Voor het beheersen van trichodorus soorten zijn er geen geschikte groenbemesters. Deze aaltjes komen voornamelijk voor tijdens een koud en nat voorjaar. CZAV verwacht dat deze dit jaar geen problemen zullen veroorzaken.
Vruchtopvolging
De vruchtopvolging is ook van belang in het kiezen van de juiste groenbemester. Als voorbeeld wijst CZAV naar een bouwplan van wintertarwe gevolgd door pootaardappelen. In de wintertarwe zal het maïswortelknobbelaaltje minimale schade veroorzaken. Deze kan zich echter wel vermeerderen met desastreuse gevolgen voor de pootaardappelen. CZAV waarschuwt ook om geen vruchtopvolging met verwante gewassen toe te passen. Verder zijn sommige onkruiden een waardplant voor aaltjes. Ook hiervoor is een goede onkruidbeheersing erg belangrijk.
Mengsels groenbemesters
Volgens CZAV zijn mengsels niet altijd beter dan het telen van een monocultuur. Het is daarbij vooral belangrijk om een veilige keuze te maken. Dit houdt in dat het mengsel geen waardplanten mag bevatten en bij voorkeur zorgt voor een actieve afbraak van de probleemaaltjes. Een mengsel kan natuurlijk wel worden gekozen om de bodemweerbaarheid te verhogen, resulteert in een hogere diversiteit van vliegende insecten.
Bodemstructuur
Bepaalde groenbemesters verbeteren de bodemstructuur. Zo beschikken grassoorten over een fijn vertakt wortelstelsel. Dit heeft een opvallend goed effect op de bodemstructuur. Gewassen voorzien van een diepe penwortel (b.v. bladrammenas of chicorei) kunnen gemakkelijk water onttrekken uit diepere bodemlagen. Daarmee zorgen deze voor een betere drainage. Om de bodemstructuur optimaal te verbeteren adviseert CZAV te streven naar de uitzaai van een mengsel met verschillende typen wortelstelsels.
Het telen van groenbemesters brengt vele voordelen met zich mee. Het verbetert de bodemstructuur, er is minder uitspoeling van stikstof en zorgt voor toevoer van extra organische stof in de bodem. Op biologisch vlak kunnen groenbemesters het bodemleven een boost geven en daardoor de bodemweerbaarheid vergroten.
