Groenbemestermengsel nauwelijks verschil in microbioom ten opzichte van monocultuur

Groenbemestermix — Mengsels van groenbemesters hebben in geringe mate invloed op de samenstelling van het bodemleven. Dat blijkt uit onderzoek. Tijdens de Groenbemesterdagen raadden onderzoekers en bedrijfsdeskundigen telers aan de groenbemesters bewust te kiezen met doelen voor het betreffende perceel voor ogen. Dat kan onder andere gaan om structuur, organische stof, bodembescherming, stikstofbinding en aaltjesbeheersing of andere doelen voor bodemgezondheid. Beeld: Jorg Tönjes

Een mengsel van groenbemesters levert nauwelijks meer microbiële diversiteit op ten opzichte van enkelvoudige teelten. Dat concluderen Wageningse onderzoekers na analyse van bodemleven-DNA in elf behandelingen op drie onderzoekslocaties. De onderzoekers vergeleken twee groenbemestermengsels met negen enkelvoudige teelten.

Overigens hebben mengsels wel enige invloed op het bodemleven. De onderzoekers vonden wel andere samenstellingen in bodemschimmels en mycorrhiza's. Mengsels produceren meer biomassa dan de minst producerende enkelvoudige soorten, maar de individuele hoogproductieve groenbemesters presteren op dit gebied nog hoger.

In het onderzoek keek het team specifiek naar een aantal bodempathogenen. Mengsels bleken Rhizoctonia solani en Verticillium dahliae stabiel te houden. Vlas vermeerderde als groenbemester wel verticillium.

De locatie en grondsoort zijn in hoge mate bepalend voor de samenstelling van het bodemleven, concluderen de onderzoekers. Dat is bepalender dan de soort groenbemester. Door de korte termijn die de teelt van groenbemesters in het bouwplan inneemt, is de invloed op de samenstelling van het bodemleven in de praktijk beperkt, denken de onderzoekers.