Column: Ivo Haartsen: Koude in de lucht!?

Media en verschillende organisaties roepen meteen hard en in scherpe bewoording, op basis van de gegevens die door het ministerie en NVWA worden verstrekt. Van zulke beschuldigingen mag je er van uitgaan dat de gegevens driedubbel gecheckt zijn. Veel veehouders riepen al meteen dat ze zich niet konden herkennen in deze aantallen. En wat blijkt, het is helemaal niet zo erg als voorgespiegeld. En nu is niemand thuis, er worden geen excuses gemaakt en de impact op de bedrijven en de gezinnen onderschat. Van ervaringen in het verleden wordt weinig geleerd. Staatssecretaris van Dam zat er niet voor de boeren en met weer een eigen ministerie en minister dachten we vooruitgang te verwachten, maar hier is een duidelijke inhaalslag te maken.

Of je bent medewerker van een waterschap in Noord-Holland, maakt in je eigen tijd een website met vrij beschikbare data hoeveel residu er in het oppervlakte wordt teruggevonden volgens de officiële Europese normen en berekeningen. Wanneer je dan ontdekt dat de officiële Atlas Bestrijdingsmiddelen in Oppervlaktewater hiervan afwijkt en dit meldt, wordt je direct aan de kant gezet. Geschorst omdat het niet past in het plaatje. Dat geeft te denken.

Phil Hogan van de Europese Unie heeft een onderzoek laten uitvoeren, waaruit naar voren kwam dat de boeren te weinig marktmacht hebben ten opzichte van de inkooporganisaties van de supermarkten. Er is aan de aanbodkant te weinig mogelijkheid om krachten te bundelen of om een hogere prijs te behalen. Terwijl de prijzen van de basisgrondstoffen maar een fractie uitmaken van het bedrag dat de consument in de winkels betaalt. Supermarkten staan meteen op hun achterste benen en geven aan dat de consument hogere prijzen zullen gaan betalen indien de boeren zich beter kunnen organiseren.

De lucht wordt gecontroleerd en gehaltes van verschillende stoffen en fijnstof dalen maar langzaam. Ondanks alle inspanningen die de landbouw heeft gemaakt met luchtwassers, manieren van mest uitrijden en noem het maar allemaal op. Provincie Brabant wil de regels voor de boeren sneller en strenger inzetten. Wat blijkt later weer, de industrie wordt niet gecontroleerd, heeft niet de benodigde vergunningen en hun uitstoot is veel groter dan verondersteld. Er zijn op het internet vrij verkrijgbare kaarten beschikbaar van metingen en bijvoorbeeld de nieuwe satelliet Tropomie, waarop de hoogste concentraties zich duidelijk bij industrie, grote steden en wegen bevinden. Van vliegvakanties maar te zwijgen.

0,3 procent van de bevolking zijn boeren, zij zorgen voor de voedselproductie, zodat anderen zich kunnen ontwikkelen in de verschillende beroepen. Onze groep vergrijst sterk, wordt kort gehouden met regelgeving en is een makkelijke zondebok in de media. Voedsel printen, kweken in laboratoria en zonder zonlicht komt eraan, maar duurt nog even. Wij gaan ondertussen door met veilig, goedkoop en altijd voorhanden voedsel te produceren. Beetje betere waardering is gewenst, de koude mag wel uit de lucht. Ik ga nog een stukje ploegen…

Ivo Haartsen