
Boerderij van de Toekomst Veenkoloniën, scenario 1: De landbouw van nu:
Op de grenzen van het vertrouwde Veenkoloniale bouwplan

“Onkruid is en blijft een groot probleem in de Veenkoloniën. En ook de grond is hier kwetsbaarder dan vaak wordt gedacht. Een andere uitdaging voor het Veenkoloniale gebied is de waterbeschikbaarheid.” Johan Warringa, Business Unit Manager bij WUR Open Teelten, somt de knelpunten die akerbouwers in de Veenkoloniën in de huidige praktijk ervaren moeiteloos op. “Op de Boerderij van de Toekomst Veenkoloniën vergelijken we drie scenario’s”, vervolgt Warringa. “In scenario 1 telen we volgens de huidige praktijk. Oftewel, we bedrijven akkerbouw zoals de meeste van de ongeveer 800 telers in dit gebied dat nu doen. Zo wordt onkruid chemisch bestreden, terwijl phytophthora beheersbaar blijft dankzij preventieve bespuitingen met de middelen die we nu nog hebben. Beslissingsondersteunende systemen en hulpmiddelen, zoals bijvoorbeeld de door WUR ontwikkelde PhytoAlert-app ondersteunen - ook nu al - de timing van de bespuitingen. Niet iedereen is van de tools en de systemen, maar als de noodzaak gaat veranderen, komen de gebruikers vanzelf.”

Aanvoer uit IJsselmeer
Ook de waterbeschikbaarheid vraagt aandacht. Warringa: “De Veenkoloniën zijn afhankelijk van aanvoer van water uit het IJsselmeer, wat het gebied kwetsbaar maakt tijdens droge periodes. De verwachting is dat de zomers droger worden. We moeten dus kijken wat we kunnen doen om water beter vast te houden en efficiënter te benutten. We experimenteren daarom met verschillende systemen.”
Meten aan nitraat
Een andere belangrijke stakeholder in het gebied is aardappelverwerker Royal Avebe. Marleen de Rond is directeur Agro en Strategie bij Avebe en tevens voorzitter van Stichting Innovatie Veenkoloniën waar de Boerderij van de Toekomst Veenkoloniën één van de gezichtsbepalende projecten van is. Op bouwplanniveau ziet zij de nodige uitdagingen: “Waar vroeger een bouwplan met zetmeelaardappelen, granen en suikerbieten gangbaar was in de Veenkoloniën, zie je dat het bouwplan op veel bedrijven de laatste jaren is uitgebreid met andere gewassen zoals uien, koolsoorten en bloembollen. Deze gewassen vragen hun eigen aanpak, ook op het gebied van stikstofefficiëntie. Daarnaast zorgt de sanering van de veehouderij ervoor dat er meer grasland wordt gescheurd en omgezet naar bouwland. Deze ontwikkelingen veranderen de dynamiek in het gebied. Maar wat zijn de gevolgen voor het nitraat in het grondwater? Daar doen we al langere tijd onderzoek naar en in de toekomst gaan we nog meer en specifieker meten in het kader van doelsturing.”

Solide plek in bouwplan
De grootste uitdaging voor Avebe is volgens de Rond dat de zetmeelteelt een solide plek in het Veenkoloniale bouwplan behoudt en dat de teelt rendabel blijft. “Belangrijke randvoorwaarde is daarbij dat we rassen telen met voldoende resistenties tegen AM, wratziekte en M.chitwoodi en dat die rassen ook weerbaar zijn tegen bedreigingen als phytophthora”, voegt ze daar aan toe. “We hebben de afgelopen jaren veel nieuwe rassen geïntroduceerd die aan dat profiel voldoen. En we intensiveren onze teeltbegeleiding want die nieuwe rassen vragen vaak een net iets andere aanpak dan de oudere, vertrouwde rassen.”
Hoger teeltrendement
De solide plek van de zetmeelteelt in het Veenkoloniale bouwplan moet Avebe volgens de Rond verdienen door steeds stappen te laten zien bij de uitbetalingsprijs. “Wij werken bij Avebe continu aan een hoger teeltrendement voor de boer. Dat doen we door steeds meer te focussen op hoogwaardige toepassingen en het toevoegen van waarde aan ons eindproduct. Areaal en grondstofbehoefte moet daarvoor in balans zijn. We hebben afgelopen jaren bij telers vaker gezien dat ze toewerken naar een extensiever bouwplan. Met name fytosanitaire uitdagingen spelen hierbij een rol. Bij het maken van dit soort ondernemerskeuzes kunnen telers nuttig gebruik maken van de handreikingen die de Boerderij van de Toekomst Veenkoloniën ze biedt. En zo gaan we stap voor stap naar een volhoudbare zetmeelteelt in een volhoudbaar Veenkoloniaal bouwplan.”
Het is duidelijk dat de manier waarop nu wordt geboerd, ter discussie staat. Maar er liggen genoeg kansen voor aangepaste en nieuwe vormen van akkerbouw. Alle agrarische partijen in het gebied werken binnen Innovatie Veenkolonien aan een gebiedsprogramma voor de komende jaren.
In het volgende artikel kijken we vooruit naar de Boerderij van de Toekomst: scenario 2.
Webinar
Landbouw in de Veenkoloniën
Hoe houd je je akkerbouwbedrijf gezond? In dit webinar delen akkerbouwer Be Panman en bedrijfsleider Gerard Hoekzema hun praktijkervaring en inzichten. Een eerlijk gesprek over keuzes en uitdagingen.
Tekst: Anko Postma