Acht boerenorganisaties pleiten in nieuwe landbouwvisie voor innovatiefonds Voedselzekerheid

In die voedselvisie moet het Nederlandse landbouwklimaat centraal staan. 'We kunnen hier meer voedsel produceren op minder grond, met minder grondstoffen en met lagere emissies. Dat alles tegen de hoogste standaarden van dierenwelzijn en diergezondheid. Verplaatsing van de productie naar elders door krimp of extensivering bij ons, betekent dan ook per definitie een achteruitgang op al deze punten', zo staat in de visie.
In het kader van voedselzekerheid zou er dan ook een Beleidsdraaiboek Crisisbeheersing Nationale Voedselvoorziening opgesteld moeten worden. Daarin zouden dan de gevolgen beschreven moeten worden van het beperken van de landbouw in ons land. Verder zou er een publiek-privaat innovatiefonds Voedselzekerheid opgesteld moeten worden dat is gericht op de ontwikkeling en toepassing van nieuwe kennis en technologie. Voor zo'n fonds zou jaarlijks twee miljard euro beschikbaar gesteld moeten worden.
Bescherming landbouwgrond
Om te zorgen dat er meer vruchtbare landbouwgrond beschikbaar komt, pleiten de partijen ervoor om de Markerwaard in Flevoland in te polderen en zouden ook het Natuur Netwerk Nederland (NNN) en de Bossenstrategie herzien moeten worden. Hetzelfde geldt voor het plan om 280.000 hectare onder het Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer te brengen. De huidige landbouwgrond moet beschermd worden. Net als in de Nota Ruimte pleiten de acht partijen voor een afwegingskader voor landbouwgrond.
In de visie van veertien pagina's, wordt er, naast voedselzekerheid, nog ingegaan op zes andere onderwerpen. Dit zijn, waterkwaliteit, gewasbescherming ondernemersklimaat, stikstof en natuur, ruimtelijke ordening en rechtszekerheid.
Uniforme metingen waterkwaliteit
Waterkwaliteit is een belangrijk speerpunt voor Agractie, DDB, FDF, NAV, NMV, NVP, POV en VVK. Zo pleiten ze in grensregio's voor uniformiteit bij het meten van de waterkwaliteit. Dit geldt ook voor waterschappen. 'Waar het ene waterschap de norm wel corrigeert voor
bezoedeling door watervogels en natuurlijke kwel, doet het andere dat niet. Van belang is te komen tot een uniforme correctie van de norm voor vervuiling die veroorzaakt wordt door de natuur.'
Daarnaast vinden de partijen dat de lokale bodemvruchtbaarheid leidend moet zijn bij de bemesting. 'Nieuwe technologie, zoals precisielandbouw, maakt het mogelijk om mest steeds nauwkeuriger en – passend bij bodem en gewas – op maat toe te dienen. Mest is een uiterst waardevolle grondstof. Vanuit de akkerbouw worden nu al zorgen geuit over de bereikbaarheid van mest op alle gronden in Nederland. Bij te weinig dierlijke mest kunnen bodems veranderen in een zeef. In plaats van minder, spoelt meer stikstof uit naar het grondwater.' De organisaties doen daarom een dringende oproep voor beleid op basis van lokale omstandigheden met bemestingsnormen naar behoefte van bodem en gewas, in plaats van beleid op basis van landelijk model-gemiddelden.
Spuitvrije zones niet gewenst
In het kader van gewasbescherming zijn de acht organisaties van mening dat spuitvrije zones van verschillende grootten rondom natuurgebieden en bebouwing, met het oog op voedselzekerheid, niet wenselijk zijn. 'Dit betekent de facto een teeltvrije zone, omdat schimmelziektes als phytophthora zich niet aan een spuitvrije zone houden. Ook zullen andere schimmels en dierlijke belagers vanuit de spuitvrije zone het perceel binnen komen. Afhankelijk van de breedte van de zones zal dit tussen de 15 en 50 procent verlies van areaal voor de plantaardige sectoren betekenen, met bijbehorend gevolg voor de voedselzekerheid.'
De boerenorganisaties pleiten voor een erkenning van de huidige inspanningen van plantaardige sectoren, zodat er samen aan verduurzaming van de keten gewerkt kan worden. 'Daarbij is noodzakelijk, dat de toelating van minder milieubelastende middelen sneller verloopt. Wij pleiten tenslotte voor een proeftoelating van laag-risico middelen tijdens de duur van het toelatingsproces.'
Afstappen van modellen
Bij stikstof vindt de landbouwcoalitie dat Nederland moet aansluiten bij Europese wet- en regelgeving en dat er niet op stikstof gestuurd moet worden, maar op staat van instandhouding. Ook moet de Kritische Depositie Waarden (KDW) uit de wet en afgestapt worden van Aerius als rekenmodel. Dit zou ook kunnen volgens de acht clubs als er gekeken worden naar de daadwerkelijke staat van de natuur. Het besluit om de rekenkundige ondergrens te verhogen naar 1 mol juichen zijdan ook van harte toe. Daarentegen zijn de partijen kritisch op doelsturing. Het inzetten op 42 tot 46 procent reductie van stikstof in de landbouw, zoals het huidige kabinet wil, is volgens de partijen niet te bereiken via doelsturing. Dit is een doodlopende weg: te complex, niet of moeilijk meetbaar, het trekt vergunningverlening niet los en is te afhankelijk van de borging van maatregelen.'
Beleid om boeren te beschermen
Een thema dat nog niet veel in de verkiezingsprogramma's in relatie tot de landbouw terugkomt, is rechtszekerheid. De openbaarheidsverzoeken nemen toe en de boerenorganisaties zijn van mening dat de informatie wordt gebruikt voor ongewenste doeleinden. 'Wij
vragen beleid waarin boeren beschermd worden tegen activisme en misbruik van gegevens. Een wetswijziging naar Belgisch
of Duits model is hierbij te overwegen. Ook het zogenaamde Verdrag van Aarhus biedt ruimte om privéadressen van boeren uit te sluiten van de verplicht te delen emissiegegevens.'
Lees hier het hele plan
LTO en NAJK niet aangesloten
De acht organisaties willen met de nieuwe landbouwvisie een signaal afgeven. 'Sowieso zijn we blij dat er samenwerking mogelijk is en dat we tot een gezamenlijke visie komen. De wens bij de achterbannen was groot om eensgezindheid te krijgen in de agrarische sector. Dit is waar we met z'n allen op voortborduren na de verkiezingen en na de vorming van een nieuw kabinet. Daarbij plaatsen we ook kritische kanttekeningen bij het ingezette beleid van de minister.'
Opvallend is dat LTO en NAJK niet zijn aangesloten bij het plan. Voorzitter Alien van Zijtveld van Agractie vindt dat jammer. Zij geeft aan dat met beide clubs wel is gesproken, maar dat de visies te ver uit elkaar liggen. Het gaat dan over zaken als doelsturing en emissiebeleid. 'Ik vind het wel jammer dat het niet is gelukt om deze visie met alle partijen te presenteren, maar ben tegelijkertijd blij we met een groot deel van de agrarische sector gelukkig alsnog in staat zijn om een eensgezind geluid te laten horen.'

