Huidig rassenpakket voor bieten schiet tekort
Veldproef Delphy: Cercospora is niet meer beheersbaar
Ondanks bespuitingen met fungiciden komt in de proefvelden in bijna alle rassen cercospora voor. Dit komt overeen met de ervaringen uit de praktijk. „Cercospora was vorig jaar ook al een probleem en nu ook. Ondanks de bespuitingen komt het gewoon naar voren”, zegt Harm de Boer van Delphy.
Het is dan ook erg belangrijk om in Nederland bietenrassen beschikbaar te krijgen die minder gevoelig zijn voor cercospora, meent Delphy. „Zonder de veredeling is deze schimmel niet meer beheersbaar; het huidige rassenpakket schiet hierin tekort.” Volgens hem moet de oplossing vooral worden gezocht in uitbreiding van het rassenpakket en niet in nieuwe gewasbeschermingsmiddelen. „In het buitenland zijn al betere rassen beschikbaar.”
Om de ontwikkeling van bladziekten goed te kunnen inschatten, heeft Delphy zijn veldonderzoek dit jaar verder uitgebreid naar een landelijke dekking. De proefvelden liggen in Flevoland, Zeeland, Limburg en Drenthe. Op deze regionale proefvelden onderzoekt Delphy hoe groot de verschillen in bladziekten zijn tussen de verschillende bietenrassen.
Er zijn duidelijke regionale verschillen zichtbaar: zo hebben de bieten in Noordoost-Nederland vrijwel alleen last van cercospora, terwijl in Limburg ook af en toe ramularia wordt aangetroffen. In Flevoland werd naast cercospora ook roest en meeldauw gevonden. In vrijwel alle regio’s hebben de bieten deze zomer te lijden gehad onder de droogte. Alleen in Zeeland zijn de bieten door blijven groeien ondanks de warmte en de droogte.