Leks Bolderdijk uit Vries (DR) mag als eerste drie landbouwdrones tegelijk inzetten

Bolderdijk werkt al tien jaar als agrarisch dronepiloot. „Ik ben nu inmiddels tien jaar dronepiloot voor de agrarische sector”, zegt hij. Hij begon in 2016 met vastevleugel-drones om gewasverschillen in beeld te brengen. De laatste jaren richt hij zich ook op landbouwdrones. Binnen Digiagro onderzoekt hij samen met TNO en de Rijksuniversiteit Groningen hoe spot spraying met meerdere drones tegelijk kan functioneren.
Hij vertelt hoe bijzonder de nieuwe vergunning is: „Het onderscheidende is nu vooral het zwermstukje, het is nieuw dat ik drie landbouwdrones tegelijk mag inzetten.”
De vergunning staat experimenten toe met drie drones van elk maximaal 24,9 kilo, binnen zichtafstand en alleen met water. Het gaat nadrukkelijk om onderzoeksoperaties.
Spot spraying: minder middelgebruik, lagere kosten
Voor akkerbouwers is vooral relevant dat spotspraying een forse reductie van gewasbeschermingsmiddelen mogelijk maakt. Bolderdijk: „Allereerst is spotspray, ten opzichte van het volledig veld bespuiten, een grote besparing. In geld, maar ook in het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen.”
In de praktijk wordt nu vaak het hele perceel behandeld, ook wanneer slechts enkele wortelonkruiden aanwezig zijn. Het project richt zich op onkruiden zoals ridderzuring, distels en veenwortel, die vaak maar op beperkte plekken voorkomen.
„We vliegen eerst met de cameradrone en dan gebruiken we kunstmatige intelligentie om vast te stellen waar de onkruiden staan. Deze plekken worden vastgelegd in een taakkaart In het project is het idee dat we met drie drones tegelijkertijd de taakkaart zo efficiënt mogelijk uitvoeren. Daarvoor gaan de drones samen zigzaggend alle onkruiden één voor éen bespuiten.”
Dure alternatieven
De interesse in spotspraying groeit door de snel stijgende kosten van techniek aan de grond. Bolderdijk: „Een zelfrijdende spuitmachine met dopschakeling en camerasysteem erop zijn oplossingen van meer dan zeshonderdduizend euro. Dit is voor veel akkerbouwers een te hoge drempel. Een loonwerker vraagt al gauw tweehonderd euro per hectare om langs te komen met een gedragen spot sprayer.”
Voor veel akkerbouwers is dat een drempel. Zwermdrones kunnen in theorie een goedkoper alternatief bieden, zeker wanneer slechts enkele procenten van een perceel geraakt hoeven worden. „Je kunt je afvragen waar je eigenlijk mee bezig bent als je met zo’n dure machine het hele perceel aan het afrijden bent, terwijl je voor sommige wortelonkruiden soms maar op twee procent van het perceel hoeft te zijn.”
Hoe in te zetten?
Hoewel het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen met drones in Nederland verboden blijft, kunnen boeren Bolderdijk nu al bellen voor andere toepassingen. „Dat kan onkruidtaakkaarten maken zijn, of het zaaien met een drone, of het spuiten van biopreparaten. Ook help ik met bekalkingen over sommige teelten.”
Daarnaast werkt hij voor proefvelden van veredelaars en aan nieuwe toepassingen voor onderzoek. Dronezaaien wordt inmiddels veel ingezet als onderzaai in graan of op percelen die te nat zijn voor trekkers. Dat een perceel niet draagkrachtig genoeg is voor een trekker, betekend niet dat de zaaiomstandigheden niet goed zijn. Dan gaan we er gewoon met de drone eroverheen.”
Ook bij onderzaai in graan werkt het snel: „Drie weken voor de oogsttijd komen we met de drone langs en dan gaan we bijvoorbeeld een groenbemester zaaien in het graan.”
Wat kost drone-zaaien?
Bolderdijk rekent met een duidelijke staffel: „Als vuistregel zou je kunnen zeggen: gemiddeld is het zeventig euro per hectare voor drone zaaien. Maar afhankelijk van oppervlakte en locatie. We werken met staffels, dus voor een hectare is het in verhouding duur, maar voor percelen vanaf vier hectare wordt het interessant.”
Met zijn grootste drone, een toestel van 103 kilo, kan hij grote capaciteit draaien: „Daarmee kan ik tot veertig hectare op een dag doen.”
Waarom spot spraying nog jaren op zich laat wachten
„Spotspraying met een zwerm drones, dat mag nu nog niet. Als dat er komt, dan ben je minimaal vijf jaar verder.” Door de huidige regelgeving mag hij alleen met water testen. „Vliegtuigen mochten niet door te veel drift. Maar het probleem dat we nu hebben is dat daardoor ook spuitdrones bij voorbaat niet toegestaan zijn.” Zelfs wanneer spuitdrones de driftnormen wél zouden halen.
Volgens hem is regelgeving de grootste rem: „TUG-regelgeving beperkt het gebruik van drones zwaarder dan 25 kilo. Dit moeten we als drone operator voor elke provincie apart aanvragen. Terwijl we al op landelijk niveau gecertificeerd zijn om vluchten veilig en met zo min mogelijk hinder uit te voeren. Dat is dus echt dubbelop. Eigenlijk voegt de TUG niks toe. We zijn het enige land in de EU die deze beperking heeft.”
Ridderzuring, distels en andere wortelonkruiden
Voor akkerbouwers is vooral interessant voor welke gewassen spot spraying kansrijk is. Bolderdijk noemt vooral hardnekkige wortelonkruiden: „Stel dat een boer zet vol in op mechanische onkruidbestrijding, dan zit je altijd nog met een paar plekken met vervelende wortelonkruiden. Dat kan ridderzuring zijn, dat kan een distel zijn of bijvoorbeeld veenwortel. Daar moet een oplossing voor komen.”
Bij massale onkruiddruk is dronecapaciteit te beperkt, maar bij lage aantallen ziet hij kansen:
„Stel dat we praten over vijftig onkruiden per hectare, dan zie ik wel voor me dat dit goed en goedkoop met een zwerm drones aangepakt kan worden.”

Tekst: Robert Hüsken
Robert Hüsken is freelance tekstschrijver en podcastmaker voor diverse bedrijven, media en andere organisaties.
Beeld: Quinton Hermsen


