
Uienonderzoek: Bodem levert meer stikstof dan verwacht

Op de vraag hoeveel stikstof een ui opneemt kan nog niet een antwoord worden gegeven. Vooral ook omdat uit de eerste proeven blijkt dat de bodem ook zonder bemesting nog een flink deel stikstof levert. „Dit laat zien dat processen lang doorwerken en dat stikstofgiften uit het verleden effect hebben op het huidige gewas”, vertelt Arjan Mager, als agronoom betrokken bij de Sectoraanpak Nitraat.
Hij benadrukt dat het idee dat uien met slechts een minimale stikstofgift zouden kunnen, geen stand houdt. De nawerking van organische bemesting uit de afgelopen vijf jaar levert meer stikstof aan het gewas dan veel telers beseffen.
Zoektocht naar juist bemestingsstrategie
In de proef, uitgevoerd door UIKC en Vertify in opdracht van BO Akkerbouw, is gekeken naar stikstofopname en opbrengst bij vier bemestingsvarianten: onbemest, kunstmest, een combinatie van organische mest en kunstmest, en alleen drijfmest. Om stikstofverliezen beter te begrijpen, is elk veld na de oogst voor de helft ingezaaid met Japanse haver. „De eerste waarnemingen laten een goede start zien van de groenbemester”, zegt projectleider Jeffrey Mul van Vertify. De groenbemester moet helpen om de stikstof die anders zou uitspoelen, vast te leggen.
Binnen enkele weken wordt het Nmin-residu op drie bodemlagen gemeten, zowel op de helft met Japanse haver als op de helft zonder. In maart 2026 volgt een tweede meting. „Zo krijgen we inzicht in de stikstofopname door de groenbemester”, licht Mul toe.
Meting van het Nmin-residu maakt inzichtelijk hoeveel minerale stikstof er onbenut in het bodemprofiel tot negentig centimeter is achtergebleven. „Stikstof in de bovenste dertig centimeter wijst op processen van dit seizoen; stikstof op zestig tot negentig centimeter is eerder verloren gegaan. Die informatie vormt de basis voor evaluatie en verbeteracties, bijvoorbeeld bij de keuze en timing van bemesting en groenbemesters”, vult Arjan Mager aan.
Herrijking van gedateerde proefresultaten
De eerste resultaten bieden nieuwe inzichten in de stikstofdynamiek rond uien. De komende metingen laten zien hoeveel stikstof groenbemesters daadwerkelijk vastleggen en hoeveel beschikbaar blijft voor het volgende gewas. Zo ontstaat een stevige basis voor bemesting naar behoefte. De proeven moeten uiteindelijk een herijking vormen van proefresultaten van dertig jaar of ouder, waar vaak naar verwezen wordt. Die zijn vaak gebaseerd op rassen die nauwelijks nog geteeld worden. Bovendien is de manier van bemesten veranderd. Vroeger werd er vooral kunstmest gebruikt, nu zetten veel telers op zand organische mest in.

Tekst: Martin de Vries
Geboren en getogen in het Friese Oudehaske ontwikkelde Martin een grote interesse voor de landbouw. Als opgeleid journalist specialiseerde hij zich in de akkerbouw. Zijn overmatige dosis aan nieuwsgierigheid zet hij in voor het team rond Akkerwijzer.
Beeld: Ellen Meinen
Bron: BO Akkerbouw
