Tweede Kamer debatteert vandaag over definitieve goedkeuring handelsverdrag
Gelijk speelveld blijft groot discussiepunt in CETA-debat

Volgens de Nederlandse Akkerbouw Vakbond (NAV) werkt het huidige voorstel marktverstorend. „Door het akkoord komen producten te EU binnen die niet zijn geproduceerd volgens de normen van de EU”, zegt NAV-voorzitter Teun de Jong. De normen binnen de EU zijn strenger waardoor boeren in Europa op achterstand komen te staan. De Jong maakt een vergelijking met het schaatsen. „Vergelijk het met de 5 kilometer op het WK, waarin Sven Kramer tegen de Canadees Ted Jan Bloemen moet schaatsen. Maar Bloemen hoeft in deze race één ronde minder te rijden dan Kramer. Dat is toch niet eerlijk.”
Paraquat
De pijn zit onder meer bij het beleid rond gewasbeschermingsmiddelen: de EU heeft een strenger toelatingsbeleid dan Canada. „De Canadese boeren mogen bijvoorbeeld nog paraquat gebruiken, terwijl deze herbicide hier geen toelating meer heeft. Een gewas als soja mag dan onder hun voorwaarden en hun prijs op onze markt komen.”
Ook vreest hij een overvoering van de markt. „Je ziet het ook bij andere handelsakkoorden. Een klein percentage graan dat in de Europese markt wordt gezet, leidt er al toe dat hier de prijs niet omhoog wil. De boerenprijs wil nu niet boven de 17 cent uitkomen, terwijl deze normaal gesproken best richting 20 cent had kunnen gaan.”
De NAV is niet tegen een handelsakkoord, benadrukt De Jong. „Boeren leven van de handel, maar het moet wel gebeuren op basis van gelijkheid, een eerlijk speelveld. Dat betekent dat de EU alleen producten moet importeren die GMO-vrij zijn en waarin geen gewasbeschermingsmiddelen zijn gebruik die hier als giftig worden gezien, zoals paraquat.” De akkerbouwvakbond hoopt dan ook dat de Tweede Kamer tegen het huidige akkoord stemt, zodat er tijd komt het akkoord te repareren.
LTO: Niet perfect, maar goed genoeg
LTO Nederland noemt het CETA-verdrag niet perfect, maar wel goed genoeg, en steunt daarmee het verdrag. Eén van de argumenten hiervoor is het positieve effect ervan. Want, stelt LTO, drie jaar na de start van CETA is de export naar Canada groter dan de import. In die tijd heeft het boeren en tuinders meer opgeleverd dan gekost, laat LTO in een verklaring weten.
Er zijn op dit moment verschillen tussen de EU en Canada, bijvoorbeeld wat betreft langeafstandstransporten van vee, erkent LTO. Maar voor de akkerbouw pakt CETA redelijk neutraal uit, zegt akkerbouwvoorman Jaap van Wenum. „Zelfs licht positief, als je de verruimde exportmogelijkheden mee rekent voor voedingsmiddelen waarin onze suiker en zetmeel zijn verwerkt.”
Strenge regelgeving leidt tot hogere productiekosten, maar leidt niet tot een hogere verkoopprijs, aldus LTO. En: vergelijkbare, wederzijds door handelspartners erkende productiestandaarden zijn noodzakelijk. Alleen dan kunnen boeren en tuinders de eerlijke concurrentie aangaan én voldoen aan de eisen die de maatschappij stelt. De landbouworganisatie vindt het maken van afspraken en vastgestelde hoeveelheden dan ook noodzakelijk om productiestandaarden en kwetsbare sectoren te beschermen. In CETA zijn ‘safeguards’ en contigenten ingebouwd. De afgesproken waarborgen lijken redelijk, aldus LTO.
Het CETA-verdrag is al in 2017 geratificeerd door het Europees Parlement, en daarmee trad het verdrag al gedeeltelijk in werking, al is het nog niet geratificeerd door de lidstaten. Vandaag is het de beurt aan Nederland om dit te doen.