Duitse aardappeloogst ruim 9 procent kleiner

Op basis van de tot nu toe beschikbare oogstresultaten valt de Duitse aardappelopbrengst (voorlopig) met circa 10,6 miljoen ton dit jaar 9,2 kleiner uit dan de 11,6 miljoen ton van 2020. Dat meldt het Bondsministerie voor Voedsel en Landbouw (BMEL). Vergeleken met het gemiddelde over de jaren 2015 tot 2020 is dat 0,4 procent minder. Uit de tot dusver beschikbare resultaten blijkt dat er dit jaar gemiddeld 41 ton aardappelen per hectare wordt geoogst. Dit betekent een daling van 4,2 procent ten opzichte van 2020 en 2,3 procent ten opzichte van het meerjarig gemiddelde.

Weersomstandigheden

Als één van de oorzaken van de lagere opbrengsten verwijst het BMEL naar de weersomstandigheden van dit jaar. Als gevolg van het uitzonderlijk koude voorjaar hebben de aardappelen zich in begin zeer aarzelend ontwikkeld. Vervolgens zorgde het zeer wisselvallige en natte zomerweer in grote delen van Duitsland voor een forse schimmeldruk. Dit alles bij elkaar had een negatief effect op de opbrengst en de kwaliteit.

Het kleinere teeltareaal vormt de belangrijkste factor wat betreft de lagere totaalopbrengst. Dit jaar werden in Duitsland op circa 259.300 hectare aardappelen verbouwd. In vergelijking met 2020 betekent dit een daling van 5,2 procent. Dit is het gevolg van het advies om, gezien de grote voorraden aardappelen, minder te poten. Sinds 2016 is dit de eerste keer dat het Duitse aardappelareaal niet is uitgebreid.

Belangrijkste regio’s

Nedersaksen blijft de belangrijkste Duitse aardappelstreek met een areaal-aandeel van ongeveer 45 procent, gevolgd door Beieren met 15 procent en Noordrijn-Westfalen met iets minder dan 15 procent.