Fotoserie: Bollenproject Vitaliteit voor land en plant gaat tweede jaar in

Ploegen met de ecoploeg op één van de proefpercelen. Beeld: Irene Kramer

De eerste werkzaamheden voor het bollenproject ‘Vitaliteit voor land en plant’ in Noord-Holland zijn weer begonnen. Doel van het project is dat de bollenteler en veehouder samenwerken aan een vitale bodem voor de bollenteelt.

Een bollenteler huurt regelmatig grond van veehouders om bollen op te telen. Om dat perceel klaar te maken voor de teelt wordt glyfosaat gebruikt. Het gebruik van glyfosaat staat al een tijd ter discussie en ook de gezondheid van de bodem wordt voor veehouder én bollentelers steeds belangrijker. Ook mogen veehouders steeds minder vaak glyfosaat gebruiken van hun afnemer. Daarom is het plan ontstaan om te experimenteren met het mechanisch bewerken van grasland voor de bollenteelt. Hieruit ontstond het driejarige project ‘Vitaliteit voor land en plant’.

Verschillende manieren

Aan het project doen drie bollentelers en drie veehouders mee die aan elkaar gekoppeld zijn omdat ze grond verhuren of huren aan of van de ander. In totaal draait van elk koppel één hectare mee in het project. Op die hectare wordt geen gebruik gemaakt van glyfosaat en wordt op verschillende manieren het gras mechanisch ondergewerkt. Ook worden de proefpercelen verrijkt met een speciaal mengsel van onder andere zink, mangaan en zwavel. Daar wordt eventueel wat melk aan toegevoegd en verder aangevuld met water. Dit mengsel is goed voor de bodem, maar heeft ook een bladversterkende werking. Na het rooien van de bollen wordt de bodem (mits het nodig is) weer gevoed met bokashi of compost.

Op de proefpercelen zijn verschillende stroken uitgezet waar getest wordt op ecoploegen beter werkt dan geohobelen. En of het verstrekken van extra mineralen nog verschil maakt in combinatie met een bepaalde manier van mechanisch onderwerken. Die monitoring wordt uitgevoerd door Vertify Zwaagdijk.

Financiering

Het projectteam bestaat uit W.N. Kramer bv, Kruijer Bloembollen, Neefjes Tulpen, Omgevingsdienst Noord Holland, J&T Bruin en Klaver kaas. Daarnaast zijn de volgende bedrijven betrokken bij het project: Green balance, Team Ecosys, NLG holland, Cono kaasmakers, Veehouderij Swaag, Veehouderij Neefjes, Schenk Veehouderij en Loonbedrijf Blankendaal. Financiering voor het project komt van RVO en de provincie Noord-Holland.