‘Fosfaatregelgeving raakt samenwerking veehouder-akkerbouwer’

„Zolang de regionale kringloop, of circulaire economie, niet meegenomen wordt in de regeling zal door de grondgebondenheid het effect voelbaar zijn in de akkerbouw”, zegt Enting. Zij verwacht het sterkste effect daar waar intensief samengewerkt wordt, zoals in de Flevopolders en het noordoostelijk zand- en dalgebied.

Belangrijk is de invulling van de grondgebondenheid op melkveebedrijven, hierdoor hebben melkveehouders minder mogelijkheden voor grondruil en/of verhuren aan de akkerbouwer, zegt Enting. „Als de veehouder werkt aan productie van minder fosfaat door bijvoorbeeld minder jongvee aan te houden of de voerstrategie aan te passen, kan dat positief voor de samenwerking uitvallen. Stel dat de melkveehouder een paar procent reductie in fosfaat behaalt en daardoor wel grond kan blijven uitruilen. Het is en blijft maatwerk. De fosfaatregelgeving heeft wel alles verder aangescherpt. De boeren moeten heel goed rekenen.” Enting denkt dat rekenmodellen als Kringloopwijzer of de Excretiewijzer BEX helpen bij het bepalen van de mogelijkheden voor samenwerking met de akkerbouwers en ontwikkelingsruimte op het eigen bedrijf.

Land, voer en mest ruilen

In de samenwerking tussen akkerbouwers en veehouders draait het vaak om de teelt voor hoogsalderende gewassen of teelt van rustgewassen voor de akkerbouwer die weer voer voor de veehouder opleveren én plaatsingsruimte voor drijfmest. De akkerbouwer kan bijvoorbeeld van tarwe naar grasteelt gaan en de melkveehouder kan dat opgeven. Waarbij de akkerbouwer grond van de melkveehouder gebruikt voor hoogsalderende gewassen. In het kader van duurzaam grondgebruik past dit goed, zegt Enting.

Enting denkt dat het goed is nogmaals te kijken naar de consequenties van de nieuwe regels voor de bodemvruchtbaarheid: „De laatste tijd zien we een trend naar het vormen van geïntegreerde bouwplannen binnen een samenwerkingsverband. Het vormen hiervan blijkt of lijkt moeilijker te worden wanneer het vormen van dergelijke samenwerkingsverbanden leidt tot het afromen van fosfaatrechten. Gezien het belang van grondruil in het kader van bodemvruchtbaarheid, maar ook voor het opzetten van regionale kringlopen, is het van belang dat hiervoor een oplossing komt.”