Controle op knolcyperus weer van start

Knolcyperus is een hardnekkig onkruid dat grote schade kan veroorzaken in akker- en tuinbouwgewassen. Door het wegvallen van toegelaten middelen wordt de bestrijding niet makkelijker. Het gevaar zit onder meer in de snelle vermeerdering: één knolletje is in staat om in één groeiseizoen voor ongeveer 200 planten en 8.000 nieuwe knolletjes te zorgen. Daarbij is een knol meer dan twintig jaar levenskrachtig.
Razendsnelle vermeerdering
De risico’s van een vondst van knolcyperus zijn groot. Het onkruid vermeerdert zich razendsnel binnen het bedrijf, wat kan leiden tot de afkeuring van een gewas of product. Bovendien volgt er een officiële besmetverklaring. Maar daar blijft het niet bij; ook de exportpositie van Nederland kan op het spel komen te staan.
Om de vermeerdering en verspreiding van knolcyperus te voorkomen, zijn voor telers verbodsbepalingen, maatregelen en (overige) verplichtingen opgenomen in de regeling Plantgezondheid. Hiermee worden problemen bij de export van voortkwekingsmateriaal voorkomen.
Dwangsom
De NAK is bevoegd om teeltverboden op te leggen en te controleren op het voldoen hieraan. Wanneer een teler een opgelegd teeltverbod overtreedt, kan een dwangsom van € 500,- per dag worden opgelegd.
Het aantal officiële besmettingen neemt jaar op jaar toe, vorig jaar zijn 497 percelen besmet verklaard. Maar het daadwerkelijke aantal besmette percelen moet vele malen hoger liggen. Er zijn volop percelen waarop het onkruid welig tiert, maar waar nog geen officiële besmetverklaring op rust. Er is geen meldplicht en vanwege het dreigende teeltverbod zijn boeren er niet happig op om een besmetting te melden.