Trichodorus similis schadelijker dan gedacht

Hoewel er nog veel vragen zijn rond T. similis raadt verantwoordelijk onderzoeker Hans Hoek telers aan om altijd een soortbepaling te doen bij een aaltjesonderzoek. 'Alleen dan kun je gericht maatregelen nemen. Dit aaltje reageert net weer even anders dan andere trichodoriden. Let bijvoorbeeld op de keuze van een groenbemester. Gele mosterd is een goede waardplant, bladrammenas vermeerdert matig.'
Hoek wil komende winter de informatie over het aaltje bijwerken in de bekende aaltjesschema's van PPO, zodat telers de effecten van verschillende gewassen kunnen beoordelen.

Veel voorkomend aaltje

De reden voor het onderzoek naar T. similis is dat het aaltje op veel grotere schaal voorkomt dan gedacht. Dit kwam enkele jaren geleden naar voren tijdens de landelijke aaltjesmonitoring van het Productschap Akkerbouw.  Net als de andere vrijlevende aaltjes is T. similis te vinden op zandgrond en lichte zavel.

Schadebeeld

Het schadebeeld lijkt op dat van zijn soortgenoten. De aaltjes prikken de worteltoppen aan, die zodanig beschadigen dat de groei stopt. Als reactie hierop vormt de plant nieuwe wortels waardoor een afgeknot en vertakt of bossig wortelstelsel ontstaat. Bij aardappelen kunnen de spruiten aangetast worden. Deze gaan sterk kronkelen en vertonen langgerekte bruine vlekken. In de valplekken die in het gewas ontstaan, komen gezonde en beschadigde planten naast elkaar voor. Trichodoriden kunnen tabaksratelvirus overbrengen.