LTO zet in op een koerswijziging in het landbouwbeleid

LTO streeft naar meer ‘robuust’ beleid. Ondernemers moeten erop kunnen vertrouwen dat investeringen in de toekomst voldoende rendement opleveren. En dat wetgeving gebaseerd en getoetst wordt op praktische haalbaarheid. Voor het langjarig perspectief stuurt LTO aan op het opstellen van een breed gedragen voedselvisie, die de strategische belangen van de land- en tuinbouw erkent en een fundament biedt voor toekomstig beleid. Om dit alles bij de nieuwe Tweede Kamerleden onder de aandacht te brengen, koos LTO voor drie speerpunten.

Van middelvoorschriften naar doelsturing

LTO roept de Kamerleden op te stoppen met eindeloze middelvoorschriften, kalenderlandbouw en het verabsoluteren van rekenmodellen. Met doelsturing krijgt de boer zelf weer het stuur in handen. En krijgt hij/zij de ruimte om vanuit vakmanschap en vertrouwen doelen op het gebied van natuur, milieu, dierenwelzijn en klimaat te behalen. Voor een succesvolle omschakeling naar doelsturing pleit LTO ervoor een einde te maken aan het werken met de modelmatige werkelijkheid van de overheid, de invoering van de Afrekenbare Stoffenbalans, het doeljaar van 2035 te handhaven in de stikstofwet en een gebiedsgerichte aanpak van het landbouwbeleid.

Realistische landbouwtransitie

LTO pleit bij de nieuwe Kamerleden ook voor een realistisch landbouwbeleid met perspectief voor de ‘blijvers’. De belangenbehartiger voorziet vijf transitiepaden die boeren en tuinders kunnen helpen bij het realiseren van de gestelde doelen op het gebied van natuur, water, bodem en klimaat. Ten eerste vraagt LTO om een verhoging van het budget dat beschikbaar is voor het realiseren van de gebiedsgerichte processen. LTO wil ook af van de focus op het opkopen van bedrijven, ze wil van een opkoop- naar een transitiebeleid dat perspectief biedt aan ondernemers die door willen. Waarin aandacht is voor faciliterend beleid en het verdienvermogen van de boer.

Door natuurlijke processen is het voor boeren en tuinders onmogelijk klimaatneutraal te worden. Het instellen van een restemissieplafond kan de sector helpen de CO2 uitstoot in 2050 te verlagen tot 14 miljoen ton CO2. Extensivering is één van de paden die boeren en tuinders kunnen bewandelen om duurzamer te produceren. Om extensivering tot een realistische optie te maken is het belangrijk dat landbouwgrond beschermd, betaalbaar en beschikbaar is.

Verbeteren verdienvermogen

Tenslotte pleit LTO voor een verbetering van het verdienvermogen van boeren en tuinders door het langjarig belonen van boeren en tuinders voor hun bijdrage aan natuur, biodiversiteit en landschapselementen. En door te zorgen voor een gelijkspeelveld op de internationale markt. Om dit te realiseren vraagt LTO de nieuwe Kamerleden de regelgeving dusdanig aan te passen dat werken weer loont. Ook roept LTO op voor een realistische beloning, afkomstig uit de markt, voor keurmerk- en duurzaamheidsinspanningen. Inzetten op het robotiseren van teelt- en oogstwerkzaamheden en het aanscherpen van de importeisen.