Beurs Emmeloord stapt uit Agriprins

De beurscommissie vindt dat 80 tot 90 procent van de handel en de hele fritesindustrie mee moet functioneren. ‘Dat is een must voor het systeem, omdat die prijsinformatie van de gedane transacties noodzakelijk is voor Agriprins’, zegt het bestuur in een brief aan de stuurgroep van Agriprins.
Betrouwbaar en goed controleerbaar
Voor de beurscommissie staat als een paal boven water dat de basis van ieder systeem moet zijn dat het betrouwbaar en goed controleerbaar is. ‘Het is echter een gegeven dat de handel soms meer voor fritesaardappelen betaalt aan de teler dan de fritesindustrie aan de teler betaalt’, aldus de commissie. ‘Als niet alle transacties worden gemeld, kan het systeem niet optimaal functioneren.’
Ook moet de norm van fritesgeschikte aardappelen worden aangescherpt, stelt de beurscommissie.
Gedane transacties
Het zouden de telers moeten zijn die de gedane transacties inbrengen, omdat zij het meeste belang hebben bij een goede prijsinformatie. De aardappelnoteerders van Emmeloord en het bestuur van de LNCN zijn echter unaniem van mening dat dit niet gaat lukken en kiezen daarom voor de inbreng vanuit de handel en verwerking.
LNCN ziet Agriprins wel als toegevoegde waarde om de noteerders meer prijsinformatie te geven naast informatiebronnen als VTA en DCA. ‘Daarom zouden we het ook jammer vinden als Agrirprins stopt met haar activiteiten, omdat ze een toegevoegde waarde heeft voor de beurzen.’
Bredere informatie via internet
LNCN zal met de partnerpartijen, zoals beurs Goes, LTO, NAV, NAO en Vavi en andere belangenbehartigers continu hard blijven maken voor betere en meer gegevens van prijzen van akkerbouwproducten. Het bestuur staat positief tegenover het plan voor een bredere informatie via internet naar de sector. Eén van de onderdelen van dit plan is om ook de transacties te vermelden van het afsluiten van de contracten van de te leveren aardappelen en de verkooptransacties van aardappelen die op langere termijn worden geleverd.