Wilde haver melden bij productschap
Op percelen in Midden- en Zuid-Nederland moet het onkruid vóór 1 juli verwijderd en vernietigd zijn. Voor percelen in de provincies Groningen, Friesland, Drenthe, Flevoland, Overijssel en Noord-Holland is dat vóór 15 juli.
Tuchtgerecht
Na de melding wijst het PA de eigenaar/gebruiker van het perceel op de plicht om de wilde haver te verwijderen en te vernietigen. Geeft de teler hieraan geen gehoor, dan wordt een berechtingsrapport opgesteld en voorgelegd aan het tuchtgerecht.
De aanpak van wilde haver gebeurt op verzoek van telersorganisaties. Tijdige verwijdering is van belang om te voorkomen dat de haverzaden in het geoogste product terecht komen. Zaden kunnen op de grond vallen en zich verder over het perceel uitbreiden. Dit moet voorkomen worden, net als de verspreiding van haverzaden naar andere percelen via de maaidorser/combine.
Noordoostpolder en Opperdoes
In 2012 zijn 10 meldingen ontvangen, in 2011 waren dat er 6, het jaar daarvoor telde 7 meldingen. In 2009 kwamen er 21 meldingen binnen. De helft van de meldingen zijn in voorgaande jaren eerder gemeld. Nieuw waren meldingen uit de Noordoostpolder en Opperdoes. In alle gevallen hebben de ondernemers de wilde haver alsnog bestreden. Er zijn daarom geen zaken voorgelegd aan het tuchtgerecht.
