De onkruiddruk in wintertarwe neemt toe. Niet alleen de milde winters van de laatste jaren zorgen voor een hogere onkruiddruk. Ook teeltmaatregelen zoals niet-kerende-grondbewerking (NKG) en vroegere zaaitijden geven probleemonkruiden meer kans. Ook het eenzijdige gebruik van actieve stoffen met hetzelfde werkingsmechanisme in het voorjaar kan resulteren in uitselectie van verminderd gevoelig onkruid. Een geïntegreerde aanpak van duist of windhalm wordt steeds belangrijker.

De suikerbieten staan er over het algemeen erg goed bij. De aandacht voor bladschimmels mag echter niet verslappen. De hoge druk van Cercospora en de gewasresten van vorig jaar kunnen snel een bron van infectie zijn.

Bladvlekkenziekte (Septoria apiicola) was in 2016 een lastige ziekte in knolselderij. Met een hoge ziektedruk en een beperkt middelenpakket was het geen eenvoudige opgave om het gewas gezond te houden.

Het Innovatiefonds voor telers heeft uit de inzendingen van voorjaar 2017 vier initiatieven van telers geselecteerd. Deze inzendingen voldoen aan de criteria voor deelname aan het Innovatiefonds en scoorden het hoogst op: mate van innovatie, implementeerbaarheid, verbetering productie en innovatief vermogen. De bedenkers worden door het Innovatiefonds beloond met een financiële stimulans. Daarbovenop maken zij kans op de publieksprijs.

Met alle aandacht die de aanpak van trips momenteel vergt, zouden we bijna vergeten dat ook de ziektenbestrijding vroeg in de teelt bepalend is voor de te behalen opbrengst. De eerste meldingen van valse meeldauw komen binnen en in meerdere regio's waren de infectiekansen voor bijna alle schimmelziekten hoog afgelopen week.

Als gevolg van het warme weer komen Coloradokevers in zeer ruime mate voor in de aardappelen en niet te vergeten ook in aardappelopslag! Deze Coloradokevers zullen gezien de weersomstandigheden snel overgaan tot het afzetten van eieren. 

Hoe lang kunnen fritesaardappelen van het ras Innovator bewaard worden zonder te gassen, maar wél met gebruik van een kiemremmer?

Op percelen met jonge aanplant en waar de oogst al is gestopt, zijn al volop aspergehaantjes (Crioceris asparagi) waar te nemen op de stengels. Een volwassen aspergehaantje overwintert onder plantenresten, vanwaar die vanaf begin april tevoorschijn kan komen en de eerste exemplaren te zien kunnen zijn in het gewas. De schade uit zich in vreterij aan stengels en naalden en vindt alleen bovengronds plaats.

De meeste aardappelen zijn gepoot. De start van het seizoen is redelijk droog en koud maar wel zonnig begonnen. Dachten we aan een vroeg seizoen aan het begin van de maand april met vele mooie en warme dagen, zo anders werd de tweede helft van de maand. Dagtemperaturen die op sommige dagen nauwelijks de 10 graden haalden. Ook de vorst liet nog van zich spreken. In de ochtend van 20 april werd zelfs een minimum van -9.2 graden aan de grond gemeten in Hupsel (Achterhoek).

De ziektedruk is de laatste weken niet toegenomen. Septoria blijft onderin het gewas aanwezig, maar had met het droge, schrale weer weinig kans om zich verder uit te breiden. Ook gele roest is in de gevoelige rassen aanwezig, maar breidt zich niet uit. Bruine roest is in de 3e monitoring nergens aangetroffen. Meeldauw wordt vooral in Zuid-Nederland in gevoelige rassen gevonden.