Wil je méér of mínder organische stof in je bodem? De meeste boeren streven naar méér organische stof. Vandaar de belangstelling voor compost, strorijke mest en de massale inzet van groenbemesters.

Is een groenbemester gunstig in droge jaren of verbruikt deze onnodig vocht? En zijn er verschillen tussen een groenbemestermengsel en een monocultuur?

We zien ze steeds meer verschijnen in het Nederlandse landschap, prachtig bloeiende akkerranden. Een enorme verscheidenheid aan bloemen en planten sieren het landschap.

De winter van 2019/2020 kunnen we omschrijven als zeer zacht. Het kleine beetje vorst heeft er niet voor kunnen zorgen dat de groenbemesters die op het land stonden goed konden afvriezen. Hoe moeten we hier nu mee omgaan?

“Een mengsel slaagt altijd” horen we veel in de praktijk. Maar is dit ook altijd zo?

Met de opname van het wintertarweras Toby op de Nederlandse Rassenlijst wintertarwe 2020 is een nieuw veelbelovend ras toegelaten. Voor het eerst in haar geschiedenis presenteert DSV zich op de Nederlandse wintertarwe Rassenlijst.

Inmiddels zijn we in Nederland steeds meer bekend geraakt met groenbemestermengsels. In veel gebieden worden de TerraLife mengsels standaard toegepast. Ook in andere landen zien we een sterke toename in het gebruik van mengsels. 

Een groenbemester moet gezien worden als startgewas en niet als nateelt. Dit betekent dat de volgteelt leidend is bij de keuze van de groenbemester. In bouwplanverband kan dit betekenen dat je op een perceelsspecifiek groenbemestingsgewas uitkomt.

Karsjan van Kempen (31) uit het Zuid-Hollandse Achthuizen heeft een akkerbouwbedrijf in een maatschap met zijn vader en zijn zus. Al jarenlang worden groenbemestermengsels gericht ingezet, zeker na de plantuien en na de wintertarwe.

De inzaai van groenbemesters komt op gang. Het eerste graan is inmiddels van het land en de rest zal snel volgen. Een goede voorbereiding voor de teelt van een groenbemester kan erg lonend zijn.