Koud voorjaar en corona vertragen nieuw exportseizoen consumptieaardappelen
Update: De NAO heeft woensdag 22 september de exportcijfers tot en met augustus in 2021 naar boven bijgesteld van 65.030 naar 79.698 ton.
De uitvoer van consumptieaardappelen tot en met augustus bedroeg 65.030 ton, dat is aanzienlijk minder dan de 98.828 ton in 2020, zo blijkt uit exportcijfers van de Nederlandse Aardappelorganisatie (NAO). In 2017 werd er voor het laatst minder geëxporteerd in het begin van het seizoen. Deze afname is deels het gevolg van de coronacrisis, luidt de verklaring van het gespecialiseerde marktbureau De Vries & Westermann.
Het grote verschil met 2020 wordt vooral veroorzaakt door het interne verkeer van fritesproducenten tussen Nederland en België. Volgens de NAO-cijfers bleef de uitvoer naar de Belgen ver achter met slechts 22.605 ton tegenover 40.205 ton een jaar eerder. Ook de Duitsers namen met 9.607 ton ruim 7.000 ton minder af dan vorig jaar. Duitsland en België samen namen gezamenlijk ruim 25.000 ton minder af dan vorig seizoen.
Export overzee minder afwijkend
Richting de overzeese bestemmingen was de terugval veel kleiner, maar ook Afrika liet een minder goede start zien met 11.293 ton tegenover 17.185 in 2020. Dit is waarschijnlijk te wijten aan het late voorjaar, aangezien consumptieaardappelen voor export overzee voldoende afgehard moeten zijn.
Vooral zetmeel geïmporteerd
De invoer van consumptieaardappelen kwam tot en met augustus in het nieuwe seizoen dit jaar uit op 249.094 ton. Een vrijwel gelijk volume als vorig jaar. Hiervan was 14.091 ton zetmeel. De spreiding in de importcijfers aan het begin van het seizoen ligt vanaf 2017 tussen 222.042 ton in 2018 tot 295.460 ton in 2019.
